Aantekeningen bij de Bijbel: Spreuken 31:1

Spreuken 31:1

SV	De woorden van den koning Lemuel; de last, waarmede zijn moeder hem onderwees.
WLC	דִּ֭בְרֵי לְמוּאֵ֣ל מֶ֑לֶךְ מַ֝שָּׂ֗א אֲ‍ֽשֶׁר־יִסְּרַ֥תּוּ אִמֹּֽו׃
Trans.	diḇərê ləmû’ēl meleḵə maśśā’ ’ă‍šer-yissəratû ’immwō:

Algemeen

De woorden van den koning Lemuel; de last, waarmede zijn moeder hem onderwees.

Lemuel, Lemuel, de naam van een onbekende koning (Spr. 31:1, 4 †). Betreffende de identiteit van Lemuel zijn er de volgende theorieën: 1) Naam was Muel, dit op basis van vers 4 waar לְֽמֹואֵ֗ל ook overgezet kan worden als "voor Muel"; 2) Volgens sommigen koning Salomo (vooral Joodse verklaringen, cf. Rashi; Kanttekeningen), echter gezien het tot driemaal voorkomen van het Aramese woord בר ^H1248 "zoon" (vs. 2) zou het ook om een persoon van latere datum (na of tijdens de ballingschap) kunnen gaan, of zelfs van een ander land. 3) Lemuel koning van Massa, dit op basis van vers 1 waar men dan מַשָּׂא ^H4853 "last" wil overzetten voor het land of koninkrijk Massa; 4) Lemuel is niet de naam van een persoon. 5) Een letterlijke vertaling "Voor (לְמוֹ ^H3926) God (אֵל ^H410)" met verwijzing naar Job 39:37 "voor (לְמוֹ ^H3926) mijn mond (פִֽי ^H6310)", in de zin van "De woorden die de koning zei omwille van God" (Rashi; cf. LXX).
de last, 1) in de zin van het onderwijs dat hij kreeg, "last" (SV, HSV), "raad" (NBV), "uitspraken" (NBV21). 2) de naam van het koninkrijk of land "Massa" of "Masa" (Naardense Bijbel; JPS).
zijn moeder, Volgens degenen die Lemuel als een andere naam voor Salomo zien, is zijn moeder dan Bathseba (Kanttekeningen; Midrash Tanchuma, Shemot 1:11; Shulchan Shel Arba 2:7).
hem onderwees, Vermoedelijk nog in zijn jeugd voor hij koning werd.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.

דִּ֭בְרֵי

De woorden

לְמוּאֵ֣ל

van Lemuël

מֶ֑לֶךְ

den koning

מַ֝שָּׂ֗א

de last

אֲ‍ֽשֶׁר־

waarmede

יִסְּרַ֥תּוּ

hem onderwees

אִמּֽוֹ

zijn moeder

De woorden van den koning Lemuel; de last, waarmede zijn moeder hem onderwees.

לְמוּאֵל ^H3927 persoonsnaam "Lemuel" (Spr. 31:1, 4 †);
מַשָּׂא maśśāʾ "last, boodschap", "uiting" (BDB 672 s.v. III מַשָּׂא);x1) met name bij de profetische boeken een technische term om een boodschap van de Heer te verkondigen (Hab. 1:1; Zach. 9:1; 12:1; Mal. 1:1; 2) Sommigen beschouwen het als een plaatsaanduiding en vertalen met "Massa".

____

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!